‘Pastor voor iedereen’ Gert Zomer aan de slag in Vrouwenpolder
VROUWENPOLDER – Ds Gert Zomer wordt de nieuwe (deeltijd) predikant van de Gereformeerde Kerk Vrijgemaakt (GKV) in Vrouwenpolder. Daar vervult hij de vacante plaats, die ontstond toen ds B. Schaaij in september 2019 met emeritaat ging. Vrouwenpolder is ook de gemeente waar zijn vader, wijlen ds G. Zomer, van 1952 tot 1956 voor het eerst stond.
Domineeszoon Zomer (11 september 1958) studeerde aan de Theologische Universiteit van Kampen en volgde verschillende leergangen coaching aan de christelijke Hogeschool Windesheim. Zijn eerste gemeente was Vlissingen (1984-1989). Daarna stond hij achtereenvolgens in ’t Harde (1989), Bedum (1997), Zwolle West (2000), Kampen-Noord (Eudokiakerk, 2008) en Nunspeet (2015). Hij ging vervolgens aan de slag in Amsterdam (2015-2016) als pastoraal gastheer in het AHA Inloophuis voor dak- en thuislozen. In 2015 werd hij tijdelijk en parttime adviseur-predikant in Bodegraven. Van 2014-2017 werkte hij in deeltijd als predikant voor de GKV Houten. Voor de andere helft was hij pastor voor mensen buiten de kerk. In Houten werd hij als predikant met bevoegdheid ontheven uit het ambt.
Na zijn periode in Houten was hij actief als zelfstandig coach voor inspiratie en begeleiding van bruidsparen en voor individueel pastoraat aan kerkloze christenen. Sinds 2018 is hij in Kampen projectleider van de Stichting Ont-moet. Ont-moet staat voor tijd en aandacht voor de medemens.
Ds Zomer heeft in verschillende gemeenten gewerkt als probleemoplosser. Zo werkte hij in Bedum tijdens een turbulente periode na de afzetting van de voorganger, in Kampen hielp hij mee aan de gemeenteopbouw na een ernstig conflict en scheuring, en in Nunspeet was hij extern adviseur en procesbegeleider bij de uitbouw van de samenwerking tussen NKG en GKV. In Zwolle deed hij ervaring op in het justitiepastoraat.
Deze ‘pastor voor iedereen’ zoals hij vaak wordt omschreven, heeft sinds 2001 als uitlaatklep de hobby schilderen. Daarover schrijft hij op zijn webblog: ,,Dat is, na mijn huwelijk, misschien wel de beste stap van mijn leven geweest. Sinds die tijd ben ik in de ban van kleuren en vormen. Ik ben heel anders tegen dingen gaan aankijken, letterlijk en figuurlijk. En ik ben me nog meer gaan verwonderen over hoe mooi Gods schepping is. Maar de keerzijde daarvan is dat je dan ook meer oog gaat krijgen voor alles wat kapot is, wat niet meer mooi is en wat er om schreeuwt om recht gezet te worden. In mijn schilderijen kun je die beide kanten van het leven terug zien.’’